Energienetbeheer PBE 2020

Digitale meter

  • Uitrol

    Het totaal aantal geplaatste meters bedroeg eind 2020 al 562.802 (elektriciteit en aardgas samen).  Concreet werden op het grondgebied van PBE 8.642 digitale meters voor elektriciteit geplaatst.

    Tot nu toe konden 5.393 digitale meters niet worden geplaatst omdat een klant dat expliciet niet wenste. Dat blijft minder dan 1 procent van alle voorziene installaties.  Fluvius neemt  contact op met die klanten om hun bezorgdheden te bespreken en om de digitale meter alsnog te kunnen plaatsen.

    Sinds begin 2020 kunnen klanten met een digitale meter via de Fluvius-website hun verbruik consulteren (zowel dagwaarden als 15’-waarden voor elektriciteit of uurwaarden voor aardgas). 49.146 klanten hebben dit ondertussen aangevraagd waarvan 26.308 regelmatig hun verbruik via de website consulteren. Daarnaast vroegen 923 klanten met zonnepanelen om over te stappen naar het nieuwe nettarief in plaats van het prosumententarief.
     
  • Vanaf 2021 versnelde uitrol

    Ondertussen herzag de Vlaamse Regering medio 2020 het Energiebesluit waardoor tegen eind 2024 80% van alle residentiële klanten moeten voorzien zijn van een digitale meter. De volledige uitrol moet afgerond zijn midden 2029, 10 jaar na de start van de uitrol (voorheen was dit gepland tegen 2034). Hierdoor moet de uitrolsnelheid sterk worden opgedreven.

    Om die ambitieuze opdracht te kunnen waarmaken, zijn twee omvangrijke aankoopdossiers opgestart. Een eerste voor het aantrekken van bijkomende aannemerscapaciteit (een 1.000 bijkomende technici). Een tweede om bijkomende digitale elektriciteits- en gasmeters aan te kopen met bijhorende systemen en services om ze te beheren. Dat gebeurt samen met andere Belgische distributienetbedrijven om grotere volumes in de markt te zetten, wat wellicht leidt tot gunstiger prijzen.

    Na afsluiting van dit boekjaar 2020, is begin 2021 door het Grondwettelijk Hof, in haar arrest van 14 januari 2021, het principe van de terugdraaiende teller vernietigd. Fluvius heeft daarop de uitrol van de digitale meter bij zonnepaneel-eigenaars tijdelijk stopgezet. Intussen besliste de Vlaamse regering op 12 februari 2021 dat de eigenaars van zonnepanelen (PV) niet langer een prioritaire doelgroep zijn binnen de uitrol van de digitale meter. Alle PV-eigenaars worden voortaan meegenomen in de reguliere versnelde uitrol van de digitale meter, PV-eigenaars met installaties geplaatst en gekeurd vóór 1 januari 2021 hebben de mogelijkheid  om tot en met 2025 gebruik te maken van een compensatieregeling bij plaatsing van een digitale meter. Voor Fluvius wordt een rol voorzien als front- en backoffice richting de betrokken klantengroep voor de behandeling van de compensatieregeling. De uitbetaling van de daarmee verband houdende bedragen gebeurt door het VEKA (Vlaams Energie- en Klimaatagentschap).
     
  • Leningsovereenkomst met de Europese Investeringsbank

    De totale kostprijs voor de versnelde uitrol van de digitale meter 2020-2024 wordt geraamd op 850 miljoen euro. Er werd een krediet afgesloten bij de Europese Investeringsbank (EIB) van 425 miljoen euro, dit voor het gedeelte digitale elektriciteitsmeter.

    De EIB doet dat binnen de contouren van haar ontleningsbeleid, dat er, mede gelet op de EU Green Deal, in voorziet dat een aanzienlijk deel van haar financiering wordt voorbehouden aan projecten die kaderen in de algemene EU-doelstellingen, meer in het bijzonder inzake klimaatbeleid en energie-efficiëntie.

    Het krediet wordt aangegaan door Fluvius System Operator en gewaarborgd door de 10 opdrachthoudende verenigingen met elektriciteitsactiviteiten, als aandeelhouder, waaronder PBE. De ophaling van een eerste tranche is voorzien in maart 2021.
     
  • De digitale watermeter

    Hetzelfde Energiebesluit spreekt ook over het uitrollen van digitale watermeters. Om dit te realiseren heeft Fluvius een pilootproject opgezet samen met drinkwaterbedrijven De Watergroep, Farys en Pidpa (samen meer dan 90% van het Vlaamse waterlandschap). De resultaten van dit proefproject mogen in de loop van 2022 verwacht worden.

Aanbod verledding openbare verlichting een succes

Samen met de lokale besturen, onze aandeelhouders, zet Fluvius in naam van PBE volop in op de modernisering van de openbare verlichting met interactieve ledverlichtingstoestellen. Doel is om dit in 2030 verwezenlijkt te hebben conform het Vlaamse Regeerakkoord. Hiertoe is er ook samen met andere stakeholders zoals VVSG en technologiefederatie Agoria een intentieverklaring ondertekend. Ondertussen is er al meer dan 19% van onze openbare verlichting led. 

Het nieuwe aanbod ‘OV 2.0’ waarbij de gemeenten hun openbare verlichting inbrengen bij de DNB werd in 2019 opgestart om in te spelen op de vraag naar interactieve verlichting, energiebesparing (burgemeestersconvenant) en flexibiliteit van aansturing. Bovendien is er de vraag van lokale besturen naar financiële ondersteuning met een belangrijke voordeel op het vlak van vennootschapsbelasting en daarnaast meer ontzorging bij de technische uitwerking en ontwikkeling van een uniform veralgemeend aanbod voor heel Vlaanderen.

In 2020 hebben opnieuw 23 lokale besturen hun installaties ingebracht bij hun netbeheerder. Binnen PBE is ook overgeschakeld op het aanbod OV 2.0. maar waren de installaties al eigendom van PBE.  Zo heeft op vandaag reeds 89% van alle Vlaamse steden en gemeenten beslist toe te treden tot het aanbod om werk te maken van de (verdere) modernisering van hun openbare verlichting met positieve gevolgen op het vlak van energiebesparing, CO2-reductie én comfort voor de burgers.

Oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen

Fluvius faciliteert, in opdracht van de DNB’s, de plaatsing van oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen en dit in het kader van een Vlaamse openbaredienstverplichting. Het programma, Clean Power for Transport (CPT), liep van 2016 tot 2020 en omvatte de installatie van 2.500 laadpalen (5.000 oplaadpunten) in Vlaanderen. De uitrol van de laadpalen werd verdergezet in 2020.  Momenteel staan er op het grondgebied van PBE 40 laadpalen opgesteld.

Daarnaast werden ook laadpalen geplaatst volgens het principe ‘paal volgt wagen’, waarbij gebruikers van een 100% elektrisch voertuig die thuis geen oplaadmogelijkheden hebben, de plaatsing van een publiek toegankelijke laadpaal in hun woonomgeving kunnen aanvragen.

Naar de toekomst toe ziet Fluvius het opladen van elektrische voertuigen voornamelijk thuis en op het werk, dit in combinatie met snellaadinfrastructuur voor bijladen onderweg.

Publi-T, kapitaalverhoging

De Raad van Bestuur van PBE heeft in december 2019 beslist in te tekenen op de kapitaalverhoging van Publi-T, de publieke holding voor het transmissienet van elektriciteit in België. Omdat de mogelijkheid bestond dat in 2020 sommige opdrachthoudende verenigingen die niet volledig zouden onderschrijven, en een pakket aandelen Publi-T zouden aanbieden aan andere opdrachthoudende verenigingen, waaronder PBE, kon tot dan het definitieve investeringsbedrag wijzigen. In functie daarvan werd pas in december 2020 beslist over de structurele financiering, namelijk een specifieke banklening uitsluitend bestemd voor de financiering van Publi-T, met een looptijd van vijf jaar, vaste intrestvoet en vaste annuïteiten, via een package deal samen met de andere opdrachthoudende verenigingen binnen de Fluvius-constellatie.

Synductis

Minder hinder bij werken, dat is het doel van Synductis. Door de infrastructuurwerken van verschillende nutsbedrijven op elkaar af te stemmen, zorgt Synductis voor minder hinder en een snellere, goedkopere dienstverlening. Bedoeling is dat Synductis, tegen einde  2021 per werf slechts één aannemer aanstelt die alle betrokken nutsleidingen in de sleuf kan aanleggen, wat maakt dat de hinder voor de omwonenden verder wordt beperkt. Ter ondersteuning komt daarvoor ook een gemeenschappelijke ICT-applicatie.

Besteding toekomstfonds

Op 16 september 2019 zijn de PBE-gemeenten toegetreden tot het programma OV 2.0 voor de versnelde verledding van de openbare verlichting tegen 2030. Om in eerste instantie ervoor te zorgen dat de kosten niet rechtstreeks aan de gemeenten worden doorgerekend, wordt voor deze investeringen geput uit het toekomstfonds van PBE. Op die manier kan het aangegane dividendengagement worden gehandhaafd. Het saldo van het toekomstfonds kan worden aangewend voor investeringen in smart city-projecten, dit conform het werkingsreglement van het toekomstfonds.

Samenwerkingsovereenkomst De Lijn

Om elektrische bussen in te zetten, werkt De Lijn een project uit voor de 13 centrumsteden en de Vlaamse rand. De Lijn vroeg reeds enkele oriënterende studies aan voor grote vermogens. Gezien het groeiscenario kan een meer globale en toekomstgerichte (eerste 10 jaar) aanpak voordelen inhouden en een win-win betekenen voor beide partijen. Voor de netbeheerders is het daardoor alvast mogelijk de capaciteitsaanvragen van De Lijn te integreren binnen hun netbeheerstudie en asset management.