Fluvius en de energietransitie

Het energielandschap in Vlaanderen ondergaat momenteel een flinke verschuiving. De klimaatopwarming noodzaakt ons allemaal om anders over energie te denken. Niet alleen moeten we meer inzetten op duurzame energie, we moeten ook slimmer omspringen met de energie die al voorhanden is. Enkel zo kunnen we ervoor zorgen dat we in de toekomst niet met tekorten kampen.

Bij Fluvius begrijpen we dat we als netbeheerder hierin een cruciale rol te vervullen hebben. Niet alleen moeten we de ecologische voetafdruk van onze eigen infrastructuur blijven verbeteren, we moeten ook duurzame initiatieven en evoluties bij Vlaamse gezinnen en bedrijven mogelijk maken en ondersteunen. Maar daar houdt het nog lang niet op.

Samen minder energie verbruiken

Eerst en vooral moeten we, samen met heel Vlaanderen, spaarzamer omspringen met onze energie.
Zo kunnen we ervoor zorgen dat er, zelfs met de groeiende elektrificatie van onze samenleving, voldoende energie is voor iedereen en dringen we de uitstoot van broeikasgassen ver terug.
De premies voor isolatie en energiebesparende middelen zijn natuurlijk al lang geen nieuws meer, maar we gaan ook veel verder.

De digitale meter als hulpmiddel

Meten is weten. Zo moet de digitale meter, gekoppeld met het verbruiksportaal mijn.fluvius.be, de ruim zes miljoen Vlamingen een beter inzicht verschaffen op het eigen energieverbruik en hen zo de middelen geven bij te sturen waar mogelijk. Bovendien laat de gebruikerspoort toe er andere apparaten op aan te sluiten om zo je verbruik nog beter te regelen.

Fluvius collega plaatst digitale meter bij klant in garage

Openbare ledverlichting

Al enkele jaren zijn we bij Fluvius bezig om alle 1,2 miljoen verlichtingspunten langs Vlaamse wegen om te bouwen naar energiezuinige ledverlichting.
Bovendien is een groot gedeelte daarvan interactief.
Zo kunnen steden en gemeenten op bepaalde delen van hun grondgebied de lampen tijdens de rustigste uren van de nacht dimmen of doven om nog meer energie te besparen.
Hoewel de ombouw naar ledverlichting eerst was gepland om in 2030 af te ronden, mikken we nu al op 2028.
Tegen die datum zullen de energiezuinige toestellen samen maar liefst 44 000 ton aan CO2-uitstoot per jaar besparen.

Energiezuinige openbare verlichting

Hernieuwbare energie

Wanneer we denken aan uitstoot van broeikasgassen, denken we onvermijdelijk aan de verbranding van fossiele energiebronnen zoals aardgas en olieproducten. Daarom proberen we zelf zo veel mogelijk om te schakelen naar hernieuwbare en milieuvriendelijke energiebronnen zoals zonnepanelen, windmolens en warmtenetten, en helpen we anderen hetzelfde te doen. Daarnaast bekijken we ook de mogelijkheden van biomethaan en waterstof als alternatief voor aardgas.

Warmte, net wat je zocht

In ons land gaat nog heel wat energie verloren. Bij installaties als verbrandingsovens of andere bedrijfsprocessen waarbij veel warmte vrijkomt, ontsnapt veel warmte vaak ongebruikt via de schoorsteen. Door die installaties aan te sluiten op een warmtenet, kunnen we die restwarmte gebruiken om honderden gebouwen in de omgeving te verwarmen. Op andere plaatsen maken we gebruik van warmtebronnen diep onder de grond om woningen van duurzame energie te voorzien. Hoewel het aantal warmteprojecten in Vlaanderen momenteel nog beperkt is, zijn we bij Fluvius voortdurend op zoek naar opportuniteiten die zowel ecologisch, economisch als sociaal haalbaar zijn om deze technologie toe te passen of te helpen toepassen.

De toekomst van waterstof

Wanneer we het gebruik van aardgas afbouwen, moeten we daarvoor een vervanger vinden. Voor een aantal toepassingen is groene waterstof (afkomstig uit een hernieuwbare bron) een interessante kanshebber, al is de opbouw van een waterstofnet niet voor de hand liggend en vrij duur. Bovendien kun je niet zomaar een aardgasnet van de ene dag op de andere omschakelen naar waterstof. Gezien zo’n net in een doorsnee woonwijk een groot aantal klanten telt met een brede verscheidenheid aan klantenprofielen, zou dat zo’n omschakeling – zoals het er nu voor staat – extreem complex maken. Al blijven we hiervoor zoeken naar oplossingen. Bij industrie gaat dat argument veel minder op. Bedrijventerreinen en industriële clusters bevatten doorgaans een beperkt aantal klanten met een gelijkaardig klantenprofiel. Een volledig net omschakelen van aardgas naar waterstof, is in die gebieden daarom een pak haalbaarder en biedt zeker mogelijkheden voor een duurzamere toekomst.

Vlaamse netten future-proof

Eerst en vooral moeten we, samen met heel Vlaanderen, spaarzamer omspringen met onze energie.
Zo kunnen we ervoor zorgen dat er, zelfs met de groeiende elektrificatie van onze samenleving, voldoende energie is voor iedereen en dringen we de uitstoot van broeikasgassen ver terug.
De premies voor isolatie en energiebesparende middelen zijn natuurlijk al lang geen nieuws meer, maar we gaan ook veel verder.

Op naar meer elektrische wagens

Elektrisch rijden zit in de lift. De trend zal zich bovendien in de komende decennia alleen maar verderzetten. In die mate dat we verwachten dat tegen 2050 alle personenvervoer in ons land elektrisch zal zijn. Al die autobatterijen moeten natuurlijk wel opgeladen raken. Dat vormt vanzelfsprekend een uitdaging voor onze elektriciteitsnetten. Momenteel beschikken we in Vlaanderen over voldoende capaciteit om een eerste toestroom aan laadinfrastructuur aan te kunnen. Maar omdat die capaciteit in de toekomst mogelijks niet meer zal volstaan, investeren we tussen 2020 en 2050 fors in onze distributienetten.

Wagen elektrisch laden op het werk

De spons en de energiegemeenschap

Vroeger zag een elektriciteitsnet er veel eenvoudiger uit. Alle energie stroomde in één richting van de centrale tot bij de klant, net als bij een boom alles van de wortel tot de bladeren stroomt. Tegenwoordig evolueren we eerder naar een spons-structuur, waarbij hernieuwbare energie langs alle kanten wordt geabsorbeerd. En dus herstructureren we onze netten. Belangrijk daarbij is om de lokaal opgewekte elektriciteit zo veel mogelijk ter plaatse te gebruiken, om het transport ervan te beperken. En dus moedigen we onze klanten aan om zich te verenigen in energiegemeenschappen, waarbij buren, familieleden of filialen van een organisatie hun zelf opgewekte energie met elkaar uitwisselen. Om dat allemaal gestructureerd te laten verlopen, is de digitale meter alweer van cruciaal belang. Bovendien helpen de data uit die de toestellen ons om door automatisering vlot in te spelen op de brede en soms sterk fluctuerende energiemix en onze netten ook in de toekomst bij de performantste van de wereld te houden.

Nieuwe mogelijkheden voor onze klanten

Met de nieuwe uitdagingen en de daaraan verbonden oplossingen, komen ook nieuwe mogelijkheden die we graag ten dienste stellen van onze klanten.

Beter informeren

Door het enorme aanbod aan gegevens over het energiegebruik van onze klanten en de belasting op onze infrastructuur, hebben we meer dan ooit een nauwkeurig zicht op onze netten. Daarmee willen we marktspelers duidelijker informeren over de netbelasting waardoor die eventuele vrije capaciteit kunnen benutten voor bijvoorbeeld laadinfrastructuur, windmolens of extra zonnepanelen. Zo besparen we de maatschappij kosten en kunnen we klantaansluitingen goedkoper aanbieden.

Je verbruik via Mijn Fluvius raadplegen

Rationeel energiegebruik

Als iedereen tegelijk alle elektrische toestellen in huis zou inschakelen, zou dat een immense piek veroorzaken op het elektriciteitsnet waardoor een stroomuitval onvermijdelijk zou zijn. Ook in mindere mate kan zo’n piek problematisch worden. Stel bijvoorbeeld dat we met z’n allen rond 17 uur thuiskomen van het werk en op dat moment allemaal onze elektrische wagen willen opladen. Daarom is het belangrijk ons verbruik te spreiden en dat soort niet-tijdsgebonden verbruik voor te behouden voor de rustigere momenten, wanneer er veel meer energie voorhanden is. De digitale meter, gekoppeld aan slimme toepassingen en met behulp van ons klantenportaal, maakt dat mogelijk.

Conclusie

De energietransitie is aardig op gang, maar zal nog heel wat inspanningen vragen van zowel Fluvius, lokale besturen, ondernemingen als burgers om ons milieu leefbaar te houden. Gelukkig beschikken we over de middelen, de alternatieven als de goodwill om deze uitdaging aan te pakken.