Marktwerking en beleid Fluvius Limburg 2021

Distributienettarieven - stand van zaken

Tariefmethodologie - mitigerende maatregelen

Het bewaken van de financiële gezondheid is een belangrijke strategische doelstelling van de netbeheerders. De nieuwe tariefmethodologie 2021-2024 die de regulator oplegt, heeft een ongunstige impact op de inkomsten en winstgevendheid van de gereguleerde activiteiten. De DNB’s krijgen minder middelen voor hun taken en opdrachten en de aandeelhouders krijgen aanzienlijk minder winst. We moeten vermijden dat dit een negatief effect heeft op ons lange termijn financieel plan.

Daardoor dringen maatregelen zich op. Fluvius heeft een aantal mitigerende maatregelen voorbereid. Deze werden ondertussen door alle Vlaamse distributienetbeheerders, waaronder Fluvius Limburg, goedgekeurd en situeren zich op de domeinen van investeringen, operationele kosten, dividendbeleid en de voorschotten die aan de regulator kunnen worden gevraagd.

Een combinatie van deze mitigerende maatregelen is nodig om de financiële gezondheid op de lange termijn veilig te stellen en een eventuele ratingverlaging bij Moody’s af te wenden. Op dat vlak bleek dit succesvol vermits einde 2021 de rating van A3 met negatieve outlook is gebracht op A3 met stabiele outlook.
Deze vier elementen hebben een wisselwerking. De aard, de inhoud en de omvang ervan worden bepaald door de houding en verwachtingen van de VREG, het ratingbureau Moody’s, de investeerders en de banken.
Bovendien geeft het nemen van de maatregelen een positief signaal aan de financiële wereld, namelijk dat Fluvius bereid is (moeilijke) beslissingen te nemen om de financiële gezondheid te vrijwaren.

Tarief methodologie - voorschotten

De tariefmethodologie berekent het ‘toegelaten inkomen’ voor de activiteiten gas- en elektriciteitsdistributie van de DNB’s op basis van het verleden. Bij een acceleratie van de kosten loopt hierdoor het toegelaten inkomen achter op de werkelijke kosten en worden de DNB’s met zogenaamde ‘mali’ geconfronteerd; tekorten op het inkomen die de winst drukken tot de hogere kosten worden meegenomen bij een volgende trendberekening.

Daarom voorziet de tariefmethodologie de mogelijkheid het ‘endogeen’ inkomen (voor kosten ‘eigen aan de werking’ zoals exploitatiekosten, afschrijvingen, financieringskosten, …) te verhogen met voorschotten. In het kader van de versnelde uitrol van digitale meters (DMK – Digitale Meter Ketting) werd dit voor een eerste maal toegepast waarbij het endogeen inkomen 2021 werd verhoogd. De VREG wenst de voorschotten per jaar te bepalen en moet de terugbetalingsmodaliteiten nog vastleggen.

Nieuwe tariefstructuur 'Capaciteitstarief' - uitstel

De VREG kondigde vorig jaar de invoering aan van het zogenaamde capaciteitstarief vanaf 1 januari 2022. ‘Capaciteit’ (vermogen, kilowatt) treedt hierdoor grotendeels in de plaats van  ‘verbruik’ (kilowattuur) als belangrijkste criterium voor de kostentoewijzing. Bedoeling is om verbruiken meer te spreiden om piekbelastingen te voorkomen, wat een gunstige impact heeft op de netinvesteringen.

Fluvius had evenwel uitstel gevraagd tot 1 juli 2022. De invoering zou anders bijna samenvallen met de ‘go live’ van het project CMS-MIG6 van Atrias wat technisch-operationeel een extra risico betekent. De VREG was bereid om de invoering van het capaciteitstarief tot dan uit te stellen.

De coronacrisis en de impact op onze dienstverlening

COVID heeft de voorbije periode onze werking ernstig beïnvloed maar tevens ook aangetoond dat de DNB’s via Fluvius en zijn medewerkers in staat zijn om de continuïteit van de dienstverlening te blijven verzekeren.

In de eerste jaarhelft van 2021 kende onze operationele werking een terugkeer naar een meer stabiele en normale toestand, maar met blijvende aandacht voor veiligheid en gezondheid. Het management van Fluvius heeft steeds de veiligheid van zijn medewerkers en de eindklanten voorop gesteld en zal dit blijven doen. De technische ploegen en de aannemersploegen leverden in 2021 grote inspanningen om de opgelopen vertragingen ten gevolge van de specifieke lockdown situatie in 2020 zoveel mogelijk weg te werken.

Tijdelijke uitbreiding groep beschermde afnemers

Beschermde afnemers zijn klanten die recht hebben op de sociale maximumprijzen die uniform gelden binnen heel België. Veel gezinnen hebben het door de coronacrisis extra moeilijk om hun energiefactuur te betalen. Daarom werd de groep van beschermde afnemers tijdelijk uitgebreid. Door deze tijdelijke uitbreiding is het aantal rechthebbenden op de sociale maximumprijzen in Vlaanderen bijna verdubbeld van 215.000 tot ruim 400.000.

Vóór 1 februari 2021 bestond de groep beschermde afnemers uit elke residentiële afnemer die elektriciteit/aardgas aankoopt voor zijn eigen verbruik (categorie 1, 2A, 2B, 2C of 3) of de huurder van een sociaal appartement (categorie 4). Tussen 1 februari 2021 en 31 december 2021 werd een extra doelgroep toegevoegd, namelijk zij die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming en een contract hebben afgesloten als residentiële afnemer van elektriciteit/aardgas (categorie 5). (meer info op Wie heeft recht op het sociaal tarief? – Energiesparen) Fluvius voorziet ook verhoogde energiepremies voor beschermde afnemers.

Fluvius in de rol van noodleverancier

De ondernemingsrechtbank van Brussel heeft op 7 december 2021 het faillissement uitgesproken van de Vlaamse Energieleverancier (VEL). Met toestemming van de VREG heeft Fluvius vanaf 21 december 2021 aan energieleverancier Watz de toegang tot de Vlaamse distributienetten voor gas en elektriciteit ontzegd.
Dit leidde ertoe dat Fluvius de haar (decretaal) toegewezen rol van noodleverancier diende op te nemen voor de klanten van VEL en Watz.
De rol van noodleverancier is echter een tijdelijke oplossing, waarbij Fluvius het energieverbruik van de betrokken klanten aanrekent tot ze een nieuw contract hebben afgesloten bij een andere commerciële leverancier. Inmiddels werd een wijziging aan het Energiedecreet aangenomen en gepubliceerd, waarmee de maximale termijn voor de netbeheerder om als noodleverancier op te treden voor huishoudelijke afnemers verlengd werd van 60 dagen naar 12 maanden, voor niet-huishoudelijke afnemers blijft de termijn van 60 dagen gelden.

Werkmaatschappij Fluvius

Eén bedrijf – integratiewerkzaamheden over halfweg

De in 2018 opgestarte integratie die moet leiden tot belangrijke efficiëntiewinsten op niveau van de werkmaatschappij en de opdrachthoudende verenigingen is ver gevorderd. Binnen diverse domeinen en processen werd de beoogde uniformisering met succes bereikt.

Voor het jaar 2022 zijn nog grote en belangrijke stappen te ondernemen met het oog op de afronding van de integratie en als gevolg de vooropgezette 120 miljoen euro tegen einde 2024 te kunnen realiseren. De VREG heeft met zijn beslissing dat de integratiebesparing tegen einde 2024 geen 120 maar wel 150 miljoen euro moet opleveren, de financiële uitdagingen sterk verzwaard. Om de negatieve gevolgen daarvan voor de steden en gemeenten te reduceren, is de werkmaatschappij genoodzaakt om bijkomende besparingen door te voeren die zonder enige twijfel impact zullen hebben op de werking en op de inzetbare middelen teneinde het haar opgedragen takenpakket op de technisch en maatschappelijk gewenste manier te kunnen vervullen.

Visie op netbeheer energie van de toekomst

De energietransitie en klimaatdoelstellingen vormen zowel wetenschappelijk, politiek maar heel zeker ook maatschappelijk, technisch en economisch een heel belangrijke uitdaging voor de toekomst. Fluvius Visie netbeheer energie 2050 speelt daarop passend in. Samen met alle betrokken stakeholders volgt Fluvius de ontwikkelingen op de voet en overlegt het om zijn noodzakelijke bijdrage aan de realisatie van de energietransitie in te passen in een globale en efficiënte aanpak.

Over alle energiedisciplines heen (elektriciteit, warmtenetten, gasnetten) formuleert het plan vier belangrijke doelstellingen waar we als netbeheerder aan moeten werken om klimaatneutraliteit in 2050 mogelijk te maken:

  1. We helpen om het Vlaamse energieverbruik te doen dalen.
  2. We maken hernieuwbare energie maximaal beschikbaar.
  3. We maken de Vlaamse energienetten ‘future-proof’.
  4. We creëren nieuwe mogelijkheden voor onze klanten.

Die krachtlijnen, ondersteund door twaalf onderliggende concrete acties, moeten onze interne werking richting geven. We hopen ook dat ze onze partners en stakeholders zullen inspireren en reiken iedereen de hand om te overleggen en stappen te zetten richting 2050. Het realiseren van de concrete acties zal in vele opzichten ‘samen’ gebeuren met andere sectoren zoals mobiliteit, bouw, landbouw, chemie, water, …). Samen ook met de lokale en Vlaamse besturen die de beleidskeuzes maken, de marktspelers die de beschikbaarheid en het gebruik van hernieuwbare energie vergroten en de klanten die actieve netgebruikers worden.

Dit engagement vergt evenwel de nodige extra middelen. De DNB’s en Fluvius roepen dan ook de beleidsmakers en de regulator op om hen voor de invulling van deze maatschappelijk noodzakelijke inspanningen de nodige budgettaire middelen toe te kennen.

De basis is terug te vinden in het Vlaamse energie- en klimaatplan waarop we onze energievisie van de toekomst aanpassen en onze acties zullen moeten versnellen in het kader van de besliste elektrificatie (onder andere voertuigen en warmtepompen).

Moody's - ESG-analyse van Fluvius

    Ratingbureau Moody’s heeft voor de eerste keer – naast de gekende financiële kredietanalyse (A3 rating met stabiele vooruitzichten op 15 november 2021) – nu ook een ESG-analyse van Fluvius System Operator uitgevoerd. Deze ESG-analyse (Environment , Social & Governance) dient beschouwd te worden als een aanvulling op de kredietrisicoanalyse en neemt ook niet-financiële elementen en risico’s in overweging op vlak van ‘milieu en klimaat’ (score 3), ‘sociaal’ (score 3) en ‘governance’ (score 2). De globale totaalscore resulteert in een waardering CIS-3, wat betekent dat de ESG-elementen momenteel een beperkte impact hebben op de rating.

    Klantenkantoren

    Fluvius biedt zijn klanten dienstverlening in 30 klantenkantoren verspreid over Vlaanderen. Het aantal bezoeken aan deze kantoren daalt al een aantal jaren op rij. De daling kent verschillende oorzaken: het groeiend aantal digitale meters bij budgetmeterklanten (project Prepaid of voorafbetaling energie) waardoor een verplaatsing voor een oplading van hun krediet niet langer nodig is, het doorvoeren van de klantkanalenstrategie ‘ACCF 2.0’ (Avoid-Click-Call-Face) en ook de pandemie, hebben de manier waarop de klant wenst geholpen te worden fundamenteel beïnvloed. Er wordt verwacht dat de daling van de bezoekersaantallen in de klantenkantoren permanent is.

    Uitdaging in de nabije toekomst is om een passend antwoord te bieden op deze vaststelling. Automatisering en digitalisering moeten klantgericht werken verder ondersteunen. Een verdere uitbreiding van de mogelijkheden via ‘mijn.fluvius.be’ staat alvast op de agenda. Doelstelling is het beschikbare budget zo efficiënt mogelijk te gebruiken om zo veel mogelijk klanten te bereiken, informeren en helpen, zeker ook gezien de besparingen die de regulator oplegt. In die context wil Fluvius het aantal klantenkantoren verder afbouwen en heeft hiervoor een plan klaar. Dat plan voorziet in elk van de twaalf Fluvius-regio’s minstens één klantenkantoor (en dit ten vroegste vanaf 1 maart 2022 en ten laatste tegen 1 juli 2022), samen met een reeks flankerende maatregelen.

    Deze aanpak laat toe om ons netwerk van klantenkantoren te reduceren zonder in te boeten aan een goede dienstverlening voor de klanten. Cruciaal voor onze sociaal kwetsbare klanten blijft ook onze samenwerking met de OCMW’s in Vlaanderen, net als de verdere vervanging van de klassieke budgetmeters door digitale meters die voor de oplading van vooraf betaalde energie minder handelingen van de klant vergen.

    Kerntakendebat en intrekking beheersoverdracht door gemeenten voor nevenactiviteiten

    Begin 2020 heeft Fluvius zijn kerntaken duidelijk afgelijnd en werd de focus gelegd op het multi-utility beheer van (publieke) netwerken voor elektriciteit, aardgas, warmte, openbare verlichting, data en telecom, riolering en water. Die focus op de kerntaken houdt in dat Fluvius voor een aantal activiteiten een oplossing zoekt.

    Zolang de overdracht nog niet is gerealiseerd zal Fluvius de continuïteit van diensten die niet langer als kernactiviteiten worden beschouwd, verder verzekeren. Daarbij wordt er zorg voor gedragen dat de betrokken gemeenten op een gelijkwaardige wijze ten aanzien van de huidige voorwaarden elders van deze diensten kunnen genieten.

    Juridisch gezien kan Fluvius bepaalde van deze activiteiten niet zelf overdragen aan een andere partij. De gemeenten die gebruikmaken van een geïmpacteerde dienst, dienen hiervoor eerst hun beheersoverdracht in te trekken. Dit is een noodzakelijke voorwaarde om een overgang te kunnen realiseren. Daarna kunnen de lokale besturen zelf beslissen hoe zij de activiteit verder gerealiseerd wensen te zien.

    Een aantal gemeenten besliste ondertussen om hun eerdere overdracht aan Fluvius voor bepaalde nevenactiviteiten in te trekken.
    Voor de activiteiten Fluvius GIS en Fluvius Center werd verwacht dat de gemeenten in de periode september-december 2021 hun beheersoverdracht zouden intrekken.
    Deze intrekkingen werden bekrachtigd op de Buitengewone Algemene Vergadering van Fluvius Limburg in december 2021.

    Hulp aan Waalse netbeheerders bij watersnoodramp

    In juli 2021 werden grote delen van België getroffen door ongeziene wateroverlast en overstromingen. Vooral in Wallonië was de menselijke en materiële tol zwaar. Fluvius heeft hulp geboden aan netbeheerder Resa in de regio rond Luik. Bij de hulpverlening waren een 160-tal medewerkers van Fluvius betrokken, die zich spontaan en vrijwillig hadden aangeboden om te helpen. Zij werden er geconfronteerd met chaotische en gevaarlijke toestanden. Ze werden vooral ingezet voor de controle en herstelling van aansluitingen voor gas en elektriciteit en het opnieuw bedrijfsklaar maken van cabines en meterlokalen.

    Sinds september beschikt men in het rampgebied in elk bewoonbaar huis opnieuw over elektriciteit. De beschikbaarheid van gas duurt langer omdat in het rampgebied cabines en leidingen volledig zijn weggespoeld en de heraanleg ervan pas kan starten nadat het wegdek is hersteld. De kosten verbonden aan deze hulpactie (0,5 miljoen euro aan uren en 400.000 euro aan logistiek) werden doorgerekend aan de Waalse distributienetbeheerder RESA.

    Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO)

    MVO wordt steeds belangrijker en het rapporteren en stellen van targets in het kader van MVO op maatschappelijk, sociaal en financieel vlak wordt bekeken.  We verwijzen naar de nulmeting ESG die door Moody’s werd uitgevoerd en dat elders in dit verslag aan bod komt.

    Voor een bedrijf als Fluvius, met uitsluitend publieke aandeelhouders, is Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen een onmisbaar instrument om zijn missie concreet gestalte te geven.  De concrete engagementen die men opneemt voor maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) en duurzaamheid werden neergeschreven in een Charter.

    De prestaties van Fluvius op het vlak van duurzaam en maatschappelijk ondernemen werden intussen reeds enkele malen onderscheiden.

    Samenwerking met VEB voor ESCO-activiteiten

    Zowel Fluvius als het Vlaams Energiebedrijf (VEB) hebben als doel de lokale besturen en de brede publieke sector te helpen bij het realiseren van de klimaatdoelstellingen. Door de krachten te bundelen kan dit op een efficiëntere en meer transparante manier gebeuren. Daarenboven heeft ook de Vlaamse overheid opdracht gegeven aan Fluvius en VEB om een voorstel tot samenwerkingsmodel uit te werken.

    Momenteel zijn we hiervoor nog in overleg me de regulator. Het ligt in onze bedoeling dat Fluvius het gezicht en aanspreekpunt blijft voor de lokale besturen maar ook zal kunnen gebruikmaken van het digitale portaal van VEB om zijn producten ook digitaal kenbaar te maken.
    Verder zou Fluvius de volledige ontzorging met projectcoördinatie volop blijven aanbieden aan de gemeentebesturen. Daarnaast zou Fluvius ook een basis-ontzorging aanbieden aan de lokale besturen die dit wensen; de basis-ontzorging is gebaseerd op de raamcontracten VEB mét het gezicht en de verdere begeleiding door Fluvius.

    Financiering

    EMTN-programma

    Op 30 maart 2021 heeft Fluvius System Operator onder haar EMTN-programma (een financieringsinstrument voor lange-termijn-financieringsbehoeften) ten behoeve van haar OV/DNB’s een private plaatsing gerealiseerd ten bedrage van 100 miljoen euro. De looptijd bedraagt 12 jaar en de couponrente is 0,81%.

    In juni 2021 heeft Fluvius System Operator eveneens onder dit programma een obligatielening uitgegeven voor 500 miljoen euro, met een looptijd van 7 jaar en een couponrente van 0,25%.

    Op 15 november 2021 werd met succes opnieuw een EMTN-obligatielening geplaatst met uitgiftebedrag 600 miljoen euro en een looptijd van 10 jaar en een couponrente van 0,625%.

    Fluvius System Operator gaat dergelijke transacties aan, maar de opgehaalde fondsen dienen uiteindelijk hun bestemming te krijgen in de opdrachthoudende verenigingen waar de financieringsnoden zich situeren.

    Kredietovereenkomst met de Europese Investeringsbank (EIB)

    Op 22 februari 2021 ondertekende Fluvius een leningscontract bij de Europese Investeringsbank (EIB). Het betreft een eerste schijf van 200 miljoen euro, binnen een totale leningsfaciliteit van 450 miljoen euro, die wordt aangewend om tegen eind 2024 80% van al onze klanten te voorzien van een digitale energiemeter.

    De EIB doet dat binnen de contouren van haar ontleningsbeleid, dat er, mede gelet op de EU Green Deal, in voorziet dat een aanzienlijk deel van haar financiering wordt voorbehouden aan projecten die kaderen in de algemene EU-doelstellingen, meer in het bijzonder inzake klimaatbeleid en energie-efficiëntie.

    Op 16 december 2021 ondertekenden EIB en Fluvius een tweede contract ter waarde van EUR 350 miljoen, dit keer voor de financiering van investeringen in de energietransitie (faciliteren van hernieuwbare energie, elektrische mobiliteit enz.) in de periode 2022-2026. Een eerste trekking onder dit tweede leningscontract wordt voorzien in 2022.